In het kerkelijk jaar volgen we ieder jaar opnieuw de weg die Jezus in de wereld is gegaan. Ieder jaar opnieuw krijgen we zo de gelegenheid om meer en meer thuis te raken op die weg.
De weg begint met Advent, de verwachting van de geboorte van Jezus. De gedachtenis van de geboorte van Jezus loopt vanaf het Kerstfeest tot aan Epifanie (Driekoningen), het feest van de verschijning van de Heer in onze wereld. De daaropvolgende zondagen van Epifanie staan we stil bij het leven van Jezus, zijn woorden en zijn daden in deze wereld. Met Aswoensdag beginnen de Veertig Dagen voor Pasen. Jezus vervolgt zijn weg naar Jeruzalem, om daar te lijden en te sterven. Op Palmpasen gedenken we de intocht van Jezus in Jeruzalem en in de daaropvolgende Stille Week zijn lijden en sterven. Op Witte Donderdag denken we aan de laatste Pesachmaaltijd die Jezus met zijn leerlingen vierde. Op Goede Vrijdag lezen we het evangelie over zijn gevangenneming, lijden en sterven. Op Stille Zaterdag waken we bij het graf en maken de overgang naar Pasen: het feest van de Opstanding van Christus. Dat feest, de Paastijd duurt voort, ook als wij zijn Hemelvaart gedenken, tot aan Pinksteren, het feest van de komst van de heilige Geest.
Na Pinksteren volgt de 'feestloze' tijd door het jaar. Maar dat tegelijk ook de tijd dat de gemeente geroepen is om de weg van Christus na te volgen, om zijn lichaam te zijn in deze wereld, met hart en ziel, ogen en oren, handen en voeten.
De kleuren van het kerkelijk jaar
Advent
Kerstfeest t/m Epifanie (verschijning van de Heer)
Zondagen na Epifanië
Veertig Dagen voor Pasen
Witte Donderdag
Goede Vrijdag
Paastijd
Pinksteren
Zondagen na Pinksteren
Gedachteniszondag - Christus Koning
Bij bijzondere gelegenheden:
Doop en belijdenis
Huwelijksbevestiging
Bevestiging ambstdragers
Uitvaartdienst
Kleur:
paars (3e zondag: Gaudete - rose)
wit
groen
paars (4e zondag: Laetare - rose)
wit
paars of rood
wit
rood
groen
wit
wit
wit
rood
paars of wit
Uitleg bij de liturgische kleuren
Deze kleurwijzer is een vervolg op de handreiking voor het gebruik van liturgische kleuren in Dienstboek – een proeve, deel I, Schrift – Maaltijd – Gebed, blz. 942-943 (Boekencentrum).
De verbinding van specifieke kleuren met de seizoenen en feesten van het liturgisch jaar vindt haar achtergrond in de traditievan de kerk. In de bijbel wordt wit – en goud als intensivering
van wit – met zuiverheid en met feest verbonden. Rood is traditioneel verbonden met bloed, geel met energie, purper met waardigheid, groen met groei, lichtblauw met hoop, donkerblauw, paars en
zwart met inkeer, wanhoop en rouw. Het gebruik van kleuren is in de eerste plaats verbonden met de feesten, zondagen en gedenkdagen van het liturgisch jaar. Het liturgisch jaar volgt de
heilsdaden van Jezus Christus en geeft daarmee kleur, ritme en ordening aan het leven van de gemeente. Is er bij een viering geen aanleiding om te kiezen voor een specifieke kleur, dan wordt de
kleur van de dag of de tijd gevolgd.
Wit
Wit is de enige kleur die sterk in de heilige Schrift is gefundeerd: in de hemelse eredienst dragen de getuigen witte gewaden. Zij zijn gewassen of gedoopt in het bloed van het Lam
(Openbaring 7:9,14). Het is bovendien de kleur van de voltooiing van het koninkrijk der hemelen (Openbaring 3:4). Wit is dan ook de kleur van de doop: de dopelingen worden met witte
gewaden bekleed. Omdat het licht van Pasen hen die in Christus gestorven zijn, verlicht, kan ook bij de uitvaart de kleur wit gebruikt worden. Wit of goud is eveneens de kleur van een feestelijke gebeurtenis. Te denken is dan uiteraard aan een trouwviering. Maar zeker ook aan de ingebruikneming van kerkgebouwen: het kerkgebouw is onder meer een verwijsplaats naar de gouden stad, het hemelse Jeruzalem, waar Christus alles in allen is. Vanuit dit perspectief kan ook de huiszegen als een door wit gekleurd feest gelden.
Rood
Rood is de kleur van het bloed en van het vuur. Het verwijst daarom naar het bloedgetuigenis van de martelaren en naar het vuur van de Geest. Rood is daarom passend
voor de bevestiging van ambtsdragers of de inleiding in een bediening. In het evangelie zegt Christus: ‘Een slaaf is niet meer dan zijn meester. Ze hebben mij vervolgd, dus zullen ze ook jullie
vervolgen’ (Johannes 15:20).
Paars
Paars is de kleur geworden van inkeer, boete en rouw. Dat betekent dat bij de bediening van de verzoening paars de kleur zal zijn. Bij de uitvaart kunnen er situaties
zijn waarbij liever voor paars dan voor wit gekozen wordt.
Groen
Groen is verbonden geraakt met het ‘gewone’ leven van de kerk. Wordt er geen specifieke kleur verlangd, dan is groen de gebruikelijke kleur.
De in de kerken in Nederland thans gebruikelijke kleursymboliek is:
- Doop en belijdenis: wit
- Maaltijd van de Heer: kleur van de dag/tijd
- Bevestiging en verbintenis van ambtsdragers: rood
- Inleiding in een bediening: rood
- Bediening van de verzoening: paars
- Zegeningen: kleur van de dag/tijd
- (Her)ingebruikneming van kerkgebouwen/voorwerpen voor de eredienst: wit
- Buitengebruikstelling van kerkgebouwen: kleur van de dag/tijd
- Trouwviering: wit
- Uitvaart en rouw: wit of paars